Geulafzettingen/stroomgordels, Neolithicum-Romeinse tijd; Alblasserwaard, Krimpenerwaard en Rijnstreek

Het oostelijk deel van de provincie maakte al ver voordat er sprake was van bewoning deel uit van het stroomgebied van Rijn en Maas. Op veel plaatsen liggen de zandige resten van voormalige rivierlopen, die onderdeel van deze rivieren vormden, in de ondergrond.

Onder invloed van klimaatsveranderingen wisselde de vorm van de rivierpatronen tussen meanderend en vlechtend. De hogere oevers van de rivieren vormden de enige droge plekken in de moerassen.

Veel van de oude stroomgordels hebben een zeer grote kans op archeologische sporen.


terug naar 'Geulafzettingen / stroomgordels, Neolithicum-Romeinse tijd'

terug naar 'Geulafzettingen / stroomgordels, algemeen'