Duinen strandwallen en –vlakten

Algemeen
De vorming van deze afzettingen begon zo’n 5500 jaar geleden in het Midden-Neolithicum met zee-overstromingen, waardoor strandwallen ofwel oude duinen ontstonden. De vorming van de duinen en de strandzanden eindigde in de Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd met de vorming van de huidige Jonge Duinen door de wind.
Behalve duinen en strandzanden behoren ook de lagere strandvlakten tussen de oude strandwallen tot deze categorie afzettingen. De strandvlakten raakten gemakkelijker overstroomd vanwege de lagere ligging t.o.v. de strandwallen, er zullen daardoor naar verhouding meer verspreide en verspoelde bewoningssporen aangetroffen worden. De vroegste bewoningssporen op de duin- en strandzanden dateren uit de jonge Steentijd en de Bronstijd, 4000 tot 5000 jaar geleden.

Verwachtingswaarde (zie ook kaart 1b. Archeologie waarden)
Zowel de strandwallen als de strandvlakten (c.q. strandzanden) worden qua verwachting redelijk hoog tot hoog gewaardeerd. Strandwallen bieden goede bewoningsmogelijkheden vanwege hun relatief hoge ligging. Strandvlakten worden redelijk hoog gewaardeerd voor landgebruiksmogelijkheden samenhangend met hun relatief lage ligging achter de strandwal.

Jonge Duinen hebben een lage tot zeer lage verwachtingswaarde vanwege het feit dat ze zeer recent gevormd zijn tussen circa 1100 en 1800 na Chr en dikten bereiken van enkele tot meer dan 30 meters. Disclaimer: wanneer de diepte van bodemingrepen de dikte van de Jonge Duinlaag overschrijdt, geldt dezelfde verwachtingswaarde als van de strandwallen en strandzanden.

Strandwallen, strandwalzanden

De oude duinen en strandwallen in de regio's Duin- en Bollenstreek en Delfland / Schieland komen zowel onder als aan het huidige oppervlak voor. De bewoningssporen dateren er vanaf de Jonge Steentijd.

De duin- en strandzanden kennen een duidelijke overgang in ouderdom van de vondsten, die overeenkomt met de kustopbouw van oost naar west. Op de meest oostelijke, oudste strandzanden is bewoning aangetroffen vanaf de Jonge Steentijd. Op de meer naar zee gelegen strandzanden dateert de menselijke aanwezigheid vanaf de Bronstijd.

De diepteklassen: aan maaiveld, 0 tot 3 m min mv, en -3 tot -5 m min mv geven aan dat het strandwalzand lokaal soms dieper onder het oppervlak voorkomt, zoals bijvoorbeeld in het Westland.

Strandzanden, aan en onder het oppervlak

De strandvlakten tussen de oude strandwallen raakten gemakkelijker overstroomd vanwege de lagere ligging t.o.v. de strandwallen, er zullen daardoor meer verspoelde bewonings- en landgebruikssporen aangetroffen worden.
De strandzanden worden zowel aan als onder het oppervlak aangetroffen, samenhangend met hun relatief lage ligging achter de strandwal.

Jonge duinen aan het oppervlak, inclusief opgespoten zand, Maasvlakte)

Ten zuiden van Monster worden de Jonge Duinen als gehele legenda eenheid weergegeven om kaarttechnische redenen. De dikte van de zandlaag kan enkele tot tientallen meters bedragen, waarbij het oppervlak sterk geaccidenteerd is.

Ten westen van Europoort worden de zanden van de 1e en 2e Maasvlakte kaarttechnisch tot deze legenda eenheid gerekend maar ze bestaan in feite uit opgespoten zanden.